Als de omzetdalingen door de coronacrisis zes maanden of langer aanhouden, krijgt een kwart van de bedrijven in het Nederlandse midden- en kleinbedrijf (mkb) problemen om aan de kortlopende financiële verplichtingen te voldoen.
Het Centraal Planbureau (CPB) berekende wat omzetdalingen voor individuele bedrijven in verschillende sectoren betekenen. Daaruit blijkt dat in de afgelopen drie maanden al 30 procent van deze bedrijven een zogeheten extra liquiditeitsbehoefte had, van in totaal 12 miljard euro. De handel, de industrie, de horeca en vervoer en opslag hebben de grootste extra liquiditeitsbehoefte. Deze sectoren zijn het hardst getroffen door de lockdownmaatregelen en hadden al de kwetsbaarste uitgangspositie.
Het CPB geeft wel aan dat over de financiële positie van mkb-bedrijven op de nog langere termijn nu nog niet veel te zeggen is. “Bedrijven kunnen in de tussentijd met allerlei slimme aanpassingen komen, bijvoorbeeld in de horeca, waardoor de effecten uiteindelijk minder erg zijn.”