In juni 2022 hadden Nederlandse huishoudens nog zo'n 7,3 miljard euro staan op bankrekeningen in eurozone-landen (exclusief Nederland). In twee jaar tijd zijn de banktegoeden van Nederlandse huishoudens in andere landen in het eurogebied dus meer dan verdubbeld. Onder banktegoeden valt het geld op spaarrekeningen én betaalrekeningen. In dezelfde periode stegen de banktegoeden van Nederlandse huishoudens bij Nederlandse banken met 7,8 procent tot 597,3 miljard euro eind juni 2024.
Hoewel het geld op bankrekeningen in het buitenland nog steeds slechts een klein deel uitmaakt van het totaal dat Nederlandse huishoudens bezitten, is dit percentage wel stijgende: van 1,3 procent in juni 2022 tot ruim 2,4 procent per eind juni van dit jaar. Vooral Italië won de laatste jaren snel aan populariteit als land om banktegoeden aan te houden: aan het einde van het tweede kwartaal van dit jaar hadden Nederlandse huishoudens ongeveer net zoveel geld gestald in Duitsland als in Italië, namelijk € 2,6 miljard in ieder land.
Duitsland was jarenlang het land in de eurozone waar Nederlanders de meeste banktegoeden aanhielden. Traditioneel bankieren Nederlandse huishoudens daarnaast ook relatief veel in andere dichtbijgelegen landen, zoals België en Frankrijk. Maar sinds de rentestijgingen zijn ook landen als Estland en Italië populair.